Keukenstrijd
“Het eten is veel lekkerder op school!” Gloria zegt het en Libero knikt instemmend. Donatella en ik kijken elkaar aan; onze kookkunsten worden door beide kinderen in twijfel getrokken. Ik heb net mijn best gedaan om een lekkere maaltijd op tafel te zetten. Dat vraagt om uitleg. Wat is er dan zo lekker op school?
Gloria steekt van wal. “We eten heerlijke pasta met tomatensaus. Buonissima! En op vrijdag eten we pizza.” Libero doet ook een duit in het zakje. Op de basisschool mogen ze zelf aangeven hoeveel ze willen eten. Normaal, veel of een assaggino… als je iets niet lekker vindt dan hoef je alleen een beetje te proeven. Ook hij is dol op de pastagerechten.
Ik vertel dat mijn lunch vroeger uit bruine boterhammen bestond. De kinderen kijken me verbaasd aan. Een broodtrommel, dat is toch voor een vieruurtje? Had je dan niet veel honger, pap? Ik leg uit dat ik altijd goed ontbeet en dat het avondeten op tijd op tafel stond. Gloria staart me aan alsof ik een buitenaards wezen ben.
De uitwisseling heeft de aandacht even afgeleid van mijn minestrone. Een overheerlijke of afschuwelijke minestrone, afhankelijk van wie je het vraagt.
De directrice heeft ons verzekerd dat onze kleine meid op school heel goed eet. Meestal vraagt ze om un bis, een tweede keer opscheppen. Geen enkel probleem als dat thuis minder vlot gaat, aldus de directrice.
Eten en het mediterrane dieet horen bij de leerervaring. Ingrediënten, voedingsstoffen, smaken en zelfs recepten passeren de revue op school. De keuken is hier het hart van het dagelijkse leven. Daarom zijn ook kinderen er veel mee bezig. Ze horen hun ouders met vrienden discussiëren over welke gerechten bij een bepaalde wijn passen. Ze helpen maar al te graag met koken, kennen alle groenten van andijvie tot venkel en hebben een sterke mening over hoe iets wel of niet moet. “Jullie kunnen soms wel goed koken, zoals met kerst”, zegt Libero bemoedigend. Eerlijk toegegeven, Donatella en ik koken voornamelijk gezonde sportgerechten. Italiaanse klassiekers zijn eerder een uitzondering op de regel.
Met kerst vorig jaar hadden we voor het eerst mijn schoonouders over de vloer voor de culinaire hoogmis. Zij zijn beiden voortreffelijke koks. De lat lag dus top-van-de-Stelvio-hoog. Begin december had ik op de markt al verse vis besteld. Die kon ik op 24 december oppikken. Op kerstavond maakte ik een risotto alla pescatora, de volgende dag een volledig vismenu: polpo con le patate, spaghetti alle vongole en gebakken zeebaars.
Het voorgerecht, op basis van octopus en aardappelen, kan de kinderen niet bekoren. Daar kon ik dus lekker mijn gang gaan. Maar spaghetti met venusschelpen is het lievelingsgerecht van beide koters. Is jouw spaghetti net zo lekker als die van nonno, opa Pasquale? Waarom gebruik je tomaten, dat hoort toch helemaal niet bij dit gerecht? Die vragen zijn een perfecte voorzet om zoon- en dochterlief mee te geven dat er verschillende manieren zijn om iets lekkers te creëren. En dat het leuk is om soms wat te experimenteren. Nonno’s spaghetti alle vongole zijn in bianco, zonder tomaten. Bij die van mij maakt een vleugje tomatensaus het verschil.
Wijze levenslessen terzijde was het toch even spannend toen de dampende schaal op tafel kwam. Gelukkig gaven mijn schoonouders een positief oordeel. De kinderen wilden zelfs nog een keer opscheppen. De strijd met de schoolkeuken is nog niet helemaal verloren. •