Slapende Barolo
“Ssssht, de Barolo slaapt”, sist Libero. Ook Gloria werpt me een strenge blik toe terwijl we naar de wijnkelder afdalen. Ze
hebben goed naar wijnmaakster Natasha geluisterd. Die heeft ons op het niveau van een zeven- en vierjarige verteld dat haar wijn minstens achttien maanden in houten vaten ligt te rijpen. Het magische sprookje van fermenterende druiven was ook voor de volwassenen goed te volgen.
We zijn met Marco en Chiara, de padrini van Libero, in de wijnstreek rond Alba. Om precies te zijn in het dorpje Barolo. Donatella en ik hebben sinds onze verhuizing naar Turijn al de nodige wijnen uit deze buurt gedronken: Nebbiolo, Barbaresco, Barbera, Dolcetto, Arneis. Maar nu we met de voeten in de klei staan, krijgen we pas echt een goed beeld van de rijkdom van de streek. Natasha vertelt dat de markt vooral om nebbiolo vraagt, de druif waar ook Barolo en Barbaresco mee wordt gemaakt. Maar dat haar baas, Aldo Vaira, diversifieert, omdat dit gebied zoveel meer wijnsmaken te bieden heeft.
Een blik op een reliëfkaart leert me dat het mooie stadje Alba precies tussen drie wijnvlekken ligt: Barolo, Barbaresco en Roero. Daarom zegt men hier dat je vanuit Alba overal in een kwartiertje kunt komen. Als je met overal de wijngaarden bedoelt waar deze prachtige wijnen ontstaan. Natasha vertelt ons dat je pech hebt als je wijngaarden net ergens tussen de beroemde vlekken liggen. Je bent pas een echte Barolo als je binnen Barolo-grenzen geboren wordt.
Ik krijg een lesje verkaveling terwijl ik met een glas Barolo in mijn hand over de wijngaard zit uit te kijken. Die wijngaard hoort namelijk niet bij het bedrijf waar we te gast zijn. De meeste producenten hebben wijnstokken verspreid over de Barolo-vlek. Een vorm van risicospreiding tegen bijvoorbeeld een lokale hagelbui. Het weer en het veranderende klimaat komen zodoende ook ter sprake. Het regent veel te weinig en als het regent dan gaat het meestal zo hard dat de grond het water niet vast kan houden. Zelf sproeien mag hier niet en een mislukte oogst ligt dus altijd op de loer.
Als politicoloog spits ik mijn oren wanneer de naam van een Amerikaanse president valt. Even terugspoelen naar 1787 toen Thomas Jefferson door Europa reisde. De latere president van de Verenigde Staten noteerde in zijn dagboek dat de
Barolo bijna net zo zacht was als Bordeaux en net zo levendig als Champagne. In Jeffersons beschrijving is de droge, robijnrode Barolo van vandaag bijna niet te herkennen. De wijnmakers van weleer wisten niet hoe ze alle suikers uit de most konden omzetten in alcohol. Door die onontwikkelde suikers ging de wijn echter langer mee. Zodoende konden Europeanen met blauw bloed tijdens bezoekjes van de Savoia’s in die tijd al van deze wijn genieten. Pas later lukte het wijnmakers om een volledige gisting op gang te brengen en een droge, stabiele wijn met de nebbiolo-druif te produceren die langer houdbaar was. De kinderen ontwerpen hun eigen wijnetiketten terwijl de volwassenen een moderne variant proeven van de wijn die Jefferson ooit beschreef. Kleurrijke etiketten sieren de flessen op tafel. Die heeft Padre Costantino, een lokale pastoor, ontworpen. Milena Vaira, de vrouw des (wijn)huizes, houdt van het werk van Marc Chagall en Padre Costantino wist die dromerige stijl in etiketten en glas in lood te vatten. Ambacht, kunst en religie; in het dorpje Barolo smelten ze moeiteloos samen. •
Archief