Rode schoenen

“Bentornata!” Hartelijk word ik verwelkomd als ik na een maand mijn stamcafé Pascucci binnenstap. Gewoonlijk ontbijt ik daar zes dagen in de week, staand aan de toog. Patrizia komt achter de kassa vandaan om me te omhelzen. Koffie en cornetto blijken voor me betaald te zijn door Tiziana, die net de deur uit is naar haar advocatenkantoor. Ze hebben me gemist, zegt Patrizia’s broer Bruno die cappuccino voor me maakt. Ik heb hén gemist, vertel ik. Via WhatsApp leefden ze mee met mijn tour door het land van de tulipani, waar ik vertelde over mijn fietsreis door Italië en Griekenland die bij hen voor de deur begon. De groep vaste klanten is door de decennia heen als een familie geworden. Tussen de steeds talrijker toeristen weten we elkaar meteen te vinden.
Is er nog iets veranderd in Rome?
Il Professore heeft een nieuwe knie”, meldt Bruno terwijl de oudere hersenchirurg net binnenstapt met verrassend soepele pas. Een rijzige man, altijd bereid tot medisch advies. Leunend op de bar vertelt hij voor welke kwaal je bij welke arts moet zijn en in welk ziekenhuis.
“Buongiorno!” Daar is Piera, een kleine kwieke dame van even in de tachtig, die één keer in de week vanuit de Albaanse heuvels naar Rome afdaalt om te strijken voor een signora in een deftig palazzo. Bruno weet wat ze wil, een caffè macchiato al vetro.
“Ja, altijd uit een glas”, benadrukt ze vrolijk. “Mijn man zegt: stop toch met werken. Maar ik kan niet zonder Rome.”
“En we hebben natuurlijk een nieuwe paus”, zegt Bruno. Voordat ik naar Nederland vertrok, was het hét gesprek van de dag. De meesten wisten zeker dat het nu weer een Italiaan zou worden.
“Een Amerikaan, wie had dat gedacht?!” Een goedingelichte bron had mij al verteld dat de kans daarop juist groot was.
“We moeten het nog even aanzien. Hij is geen Franciscus.”
“Ik vind het overdreven dat hij zijn rode manteltje en zijn rode stola om had toen hij president Mattarella ontving.”
“Gelukkig draagt hij geen rode schoenen.”
De meesten hier waren zeer geraakt door de eenvoud van paus Franciscus.
“Wat is daartegen?” reageert Roberto Ghezzi, eigenaar van de naburige winkel voor kerkelijke kledij. “Ze symboliseren het bloed van Christus.”
“Paus Leo is wat gereserveerd. Franciscus had het hart op de tong.”
“Hij kust wel baby’s. Dat zullen ze hem wel hebben opgedragen.”
“Valentino kent hem”, zegt Bruno.
“De schoenmaker?”
Valentino hoort ook bij de familie. Zijn schoenlappersatelier is om de hoek.
“Hij kent paus Leo uit Peru, heeft ook foto’s van hem.”
Veel Romeinse schoenmakers komen tegenwoordig uit Peru. Italianen waarderen hun vakmanschap. Ik moet mijn sandalen laten repareren, dus na het ontbijt ga ik die thuis ophalen. Even later loop ik weer langs Bar Pascucci en sla de hoek om. Naast de reusachtige muur van de eerste thermen van Rome, de thermen van Agrippa, stap ik de kleine winkel binnen.
Achter de werkbank hangt een foto van het Andesgebergte, waar Valentino is geboren.
Morgen zijn de sandalen klaar.
“Ik hoor dat je de nieuwe paus kent.”
Valentino lacht breed. “Ja, ik heb hem ontmoet bij Machu Picchu. Hij maakte een reis door de Andes als missionaris.” Hij pakt zijn telefoon, zoekt en toont me foto’s van de toenmalige priester en huidige Heilige Vader te paard, sportief gekleed.
“Hij moet hier zijn schoenen maar laten maken. Rode schoenen.”
“Die draagt hij niet.”
“Zou je dat mooi vinden?”
“Natuurlijk. De vorige paus droeg ze.”
“Niet Franciscus.”
“Nee, paus Franciscus niet.”
Die ging op de eerste dag van zijn pontificaat zijn zwarte afgetrapte orthopedische schoenen laten repareren door zijn vaste schoenmaker. Daarmee wilde hij ook begraven worden.
“Je bedoelt Paus Benedictus”, zeg ik. “Hij droeg rode schoenen.”
“Die zijn gemaakt door Antonio.”
“Ook uit Peru?”
“Ja, een vriend van me. Hij woont vlakbij het Vaticaan.” •

Schrijfster Rosita Steenbeek verhaalt over haar dagelijkse leven in Italië.

nr. 6, 2025

Nieuwsbrief

Advertentie

Bezoek Italië, Emilia Romagna

instagram